Doe mee aan mijn online toetstraining: www.mathwithmenno.nl/toetstraining Doe mee aan mijn online examentraining: www.mathwithmenno.nl/online-examentraining Kom naar mijn speciale examenweekend: www.mathwithmenno.nl/mennos-examenweekend
Je kunt de formule van p substitueren in de lijn y=x. dan krijg je dus sin(2t)=sin(t). als je deze vergelijking oplost krijg je twee waarde voor t. één is punt A en de ander is punt B. door beide waardes in te vullen bij de formule van p kun je achterhalen welke t bij A hoort en t bij B hoort. Hoop dat het zo een beetje duidelijk is
je krijgt in dit geval 5 waarden, waarvan 3 waarden van t een snijpunt door de oorsprong zijn. t=4/3pi hoort bij A, en t=1/3pi hoort in dit geval bij punt B.
Doe mee aan mijn online toetstraining: www.mathwithmenno.nl/toetstraining
Doe mee aan mijn online examentraining: www.mathwithmenno.nl/online-examentraining
Kom naar mijn speciale examenweekend: www.mathwithmenno.nl/mennos-examenweekend
Deze man helpt me echt 🤍🤍
Dankjewel 🙏🙏🙏
❤❤❤
love you menno'tje penno'tje
Menno mag je bij deze opgaves met "bereken op een decimaal" ook de tan^-1(rc) gebruiken?
Ja!
Als ik geen waarde van t heb
Hoe kan ik t berekenen?
Je kunt de formule van p substitueren in de lijn y=x. dan krijg je dus sin(2t)=sin(t). als je deze vergelijking oplost krijg je twee waarde voor t. één is punt A en de ander is punt B. door beide waardes in te vullen bij de formule van p kun je achterhalen welke t bij A hoort en t bij B hoort. Hoop dat het zo een beetje duidelijk is
je krijgt in dit geval 5 waarden, waarvan 3 waarden van t een snijpunt door de oorsprong zijn. t=4/3pi hoort bij A, en t=1/3pi hoort in dit geval bij punt B.