Dank voor het duidelijke uitleg, mijn lerares legt ook uit naar aanleiding van deze video's. Ik heb dus herhalingen gehoord en nu begrijp ik dit beter. Je uitleg heeft me geholpen om een 6,5 te halen. Zonder jouw uitleg zou het dan lager zijn geweest. Ik ben happy, als ik deze videos blijf bekijken gaan mijn cijfers van de CP's geheid omhoog!
Waar komen dan in de economische kringloop bijvoorbeeld de letters A (afschrijvingen), W (netto binnenlands product) en Wb (bruto binnenlands product) naar voren? In mijn boek staat dit heel vaag en onoverzichtelijk uitgelegd...
@Maia Brons: het handigste is als je even een plaatje maakt van je boek en deze op ons forum post: www.osacademie.nl/forum --> dan kan ik even beter zien hoe het in jouw boek eruit ziet en je beter antwoord geven op je vraag. Zou je dat willen doen? Zonder dat ik het plaatje zie zou ik het volgende zeggen: Y staat in dit voorbeeld voor al het verdiende inkomen. Dit inkomen is gelijk aan het binnenlands product. Neem je alle afschrijvingen van bedrijven bij dit binnenlands product dan heb je het Bruto Binnenlands Product, zonder de afschrijvingen is het Netto Binnenlands product. Het is in deze kringloop wat mij betreft niet heel nuttig om A, W en Wb erin te zetten, maar mogelijk heb je er zo iets meer inzicht in.
Nee, wanneer het B - O wordt en er dus meer belastingontvangsten zijn dan uitgaven (overheidsbestedingen), heeft de overheid een begrotingsoverschot en zal men in de regel gaan aflossen op de staatsschuld. Er ontstaat dan een geldstroom van overheid naar de financiële instellingen en de pijl gaat dan dus de andere kant op. Helder zo :-)?
Dag, Ik vind het (ook na zoveel jaar) fantastische clips. Ik verwijs mijn leerlingen er graag naar. Het is een mooie aanvulling. Ik heb als docent eco wel een vraag. In de eindtermen vwo 2023 wordt de tweede identiteit Y= C+I+O+E-M gelijkgesteld aan het BBP. Echter in veel lesboeken wordt Y gelijkgesteld aan het Netto nationaal inkomen. Welke gedachtegang zit hierachter? in jullie clip wordt gesteld dat Y nationaal inkomen is maar wordt hiermee bruto of netto bedoeld? Een vriendelijke groet,
stel bij @8:45 E=200 en M=400 is het buitenland saldo dan M-E=200 dus overschot? dus dan hoeft er niet geleend te worden toch bij de financiele instellingen? Moet het altijd E-M zijn of kan het ook andersom?
Als M (import) groter is dan E (export) betekent dit dat het buitenland meer geld van ons ontvangt dan dat zij aan ons betalen. In dat geval heeft het "buitenland" inderdaad een overschot en wordt het M - E (zie ook het filmpje over nationale rekeningen). De pijl gaat dan richting de kant van de financiële instellingen.
Dat ligt eraan welke het grootste is. Als de overheidsbestedingen groter zijn dan de belastingen, gebruik je B - O. Is het dan andersom, dan gebruik je O - B. Bij het overheidssaldo op het 'nationale rekening' zet je namelijk nooit een minnetje, dus geen negatief getal.
hoi, ik ben voor mijn economie SE aan het leren en ik kwam in een examen uit 2009 deze vraag tegen: 3. Leg uit dat het nationaal inkomen gelijk is aan de som van de toegevoegde waarden. Ik snap hem alleen niet hele maal goed.. kunt u me helpen? (5 havo)
Stijn, een groot gedeelte van de leerlingen gebruikt een andere methode dan de lesbrieven van LWEO. Daarom is het beter de onderwerpen in te delen per 'concept' (bijv. Welvaart & Groei, Goede tijden, Slechte tijden etc.). Zo is namelijk het examenprogramma ingedeeld. Per lesbrief die jij gebruikt worden ook 1 of meerdere van deze concepten gebruikt. Waarschijnlijk staat dit aangegeven bij het hoofdstuk of in de inhoudsopgave. Ook kun je het vragen aan je docent. Voor een overzichtelijke ordening van de filmpjes per concept raad ik je aan op onze website te kijken (osacademie.nl). Daar staan alle filmpjes met onderwerpen die bij elkaar horen, zodat het makkelijker wordt om te begrijpen. Op TH-cam kun je uiteraard de afspeellijsten gebruiken.
In principe zitten overheidsbesparingen verwerkt in het overheidssaldo (O - B). Als de belastingen (inkomsten) groter zijn dan de overheidsbestedingen, houdt de overheid geld over. In theorie kunnen ze dan geld gaan sparen. In werkelijkheid zal een overschot echter vrijwel altijd gebruikt worden om af te lossen op de bestaande staatsschuld.
Financiele instellingen krijgen S= 100 Hiervan doen ze O-B = 25 weg aan overheidsleningen, dan hebben ze nog S = 75 Hiervan doen ze E-M= 40 weg aan het buitenlandleningen, dan hebben ze nog S= 35 Het overige investeren zij dan in de bedrijven, vandaar I = 35
Bij de berekening van het BBP - (inkomensbenadering) = Lonen + winst, pacht, huur, rente plus de afschrijvingen.Ik begrijp niet goed waarom de afschrijvingen bij het BBP Inkomensbenadering moet.Een uitleg wordt uiteraard zeer gewaardeerd.Hans Verschoor
+Hans Verschoor het BBP bestaat uit de optelsom van alle toegevoegde waardes. De toegevoegde waarde van één bedrijf is een optelsom van alle gemaakte kosten + een stukje winst.Dat wat kosten zijn voor het bedrijf, fungeert natuurlijk als inkomen voor de verstrekkers van de productiefactoren (gezinnen). Vandaar dat we bij de BRUTO toegevoegde waarde de inkomens optellen (aangezien deze gelijk zijn aan de gemaakte kosten). In het bruto binnenlands product is echter één kostenpost verwerkt die je eigenlijk als inkoop zou kunnen rekenen, en dus niet als de productie van een bedrijf zelf: De afschrijvingen op duurzame productiemiddelen. Een afschrijving is immers eigenlijk de inkoopprijs van een duurzaam productiemiddel die als kosten verdeeld worden over het aantal jaren dat je het productiemiddel gebruikt.Je hebt dus een punt als je het raar vindt dat afschrijvingen toch onderdeel zijn van BBP/BBI. Om dit te corrigeren is er het zogenaamde NBP/NBI. Bij de bepaling van het NETTO binnenlands product halen we de afschrijvingen van het BBP af. Op deze manier los je deze 'fout' op.Is dit een antwoord op je vraag?
Kan iemand mij een andere manier vertellen hoe je het bbp kan uitrekenen als je nationale rekeningen tot je beschikking hebt ? ( consumptie + bruto investeringen en beloning productiefactoren + afschrijvingen ken ik al)
Ik denk niet dat het examenprogramma in België exact gelijk is aan dat in Nederland. Dat gezegd hebben zal er ongetwijfeld wel overlap zitten. Ik zou dus even goed kijken wat er in het Belgische examenprogramma zit en vervolgens naar de specifieke filmpjes op zoek.
het gedeelte van het buitenland klopt niet volgens mij want als land doe je toch niet alleen handel met 1 land maar met meerdere. Je moet het vanaf je eigen land kijken of dat je meer exporteert of dat je meer importeert, aan de hand daarvan weet je of je een tekort hebt op de lopende rekening(E-M)
Kappa het buitenland in dit schema representeert ook niet 1 enkel land, maar alle landen waar bijvoorbeeld Nederland mee handelt; zo wordt het weer gegeven. En als je de export (E) en de import (M) met al die landen waar mee gehandeld wordt op een rijtje zet, dan kun je inderdaad kijken hoe het saldo van de lopende rekening eruit ziet. Klopt verder allemaal hoor :-)
Dit filmpje is een van de redenen dat ik m’n examen ga halen
Dank voor het duidelijke uitleg, mijn lerares legt ook uit naar aanleiding van deze video's. Ik heb dus herhalingen gehoord en nu begrijp ik dit beter. Je uitleg heeft me geholpen om een 6,5 te halen. Zonder jouw uitleg zou het dan lager zijn geweest. Ik ben happy, als ik deze videos blijf bekijken gaan mijn cijfers van de CP's geheid omhoog!
Wat fijn om te horen Andrew. Gefeliciteerd met je mooie cijfer!
Top uitleg!! Super erg bedankt
Graag gedaan. Thanks voor je comment 😀
echt superfijn heel erg bedankt ik heb zo een toets!
Hopelijk is je toets goed gegaan :-)
KLASSE uitgelegd!! deze uitleg helpt mij enorm, hartstikke bedankt nu ga ik zeker een 10 halen dankzij dit filmpje en de andere filmpjes😀😃:)
Hoe oud ben je nu?
Hartstikke bedankt voor deze uitleg!
Waar komen dan in de economische kringloop bijvoorbeeld de letters A (afschrijvingen), W (netto binnenlands product) en Wb (bruto binnenlands product) naar voren? In mijn boek staat dit heel vaag en onoverzichtelijk uitgelegd...
Weet je het al.
@Maia Brons: het handigste is als je even een plaatje maakt van je boek en deze op ons forum post: www.osacademie.nl/forum --> dan kan ik even beter zien hoe het in jouw boek eruit ziet en je beter antwoord geven op je vraag. Zou je dat willen doen?
Zonder dat ik het plaatje zie zou ik het volgende zeggen:
Y staat in dit voorbeeld voor al het verdiende inkomen. Dit inkomen is gelijk aan het binnenlands product. Neem je alle afschrijvingen van bedrijven bij dit binnenlands product dan heb je het Bruto Binnenlands Product, zonder de afschrijvingen is het Netto Binnenlands product.
Het is in deze kringloop wat mij betreft niet heel nuttig om A, W en Wb erin te zetten, maar mogelijk heb je er zo iets meer inzicht in.
De pijl van de Financiële instellingen en de overheid, moet die altijd gericht zijn naar de overheid? Ook als het (B-O) en (O-B) is?
Nee, wanneer het B - O wordt en er dus meer belastingontvangsten zijn dan uitgaven (overheidsbestedingen), heeft de overheid een begrotingsoverschot en zal men in de regel gaan aflossen op de staatsschuld. Er ontstaat dan een geldstroom van overheid naar de financiële instellingen en de pijl gaat dan dus de andere kant op.
Helder zo :-)?
Bedankt!
Alsjeblieft.
Dag,
Ik vind het (ook na zoveel jaar) fantastische clips. Ik verwijs mijn leerlingen er graag naar. Het is een mooie aanvulling. Ik heb als docent eco wel een vraag. In de eindtermen vwo 2023 wordt de tweede identiteit Y= C+I+O+E-M gelijkgesteld aan het BBP. Echter in veel lesboeken wordt Y gelijkgesteld aan het Netto nationaal inkomen. Welke gedachtegang zit hierachter? in jullie clip wordt gesteld dat Y nationaal inkomen is maar wordt hiermee bruto of netto bedoeld?
Een vriendelijke groet,
Netto
Van bedrijven naar de buitenland is tog export omdat de goederen en diensten weg gaan?
van bedrijven naar de buitenland is import, aangezien dan het geld naar het buitenland gaat en het zijn geldstromen.
stel bij @8:45 E=200 en M=400 is het buitenland saldo dan M-E=200 dus overschot? dus dan hoeft er niet geleend te worden toch bij de financiele instellingen?
Moet het altijd E-M zijn of kan het ook andersom?
Als M (import) groter is dan E (export) betekent dit dat het buitenland meer geld van ons ontvangt dan dat zij aan ons betalen. In dat geval heeft het "buitenland" inderdaad een overschot en wordt het M - E (zie ook het filmpje over nationale rekeningen). De pijl gaat dan richting de kant van de financiële instellingen.
In mijn lesbrief staat aangegeven dat het overheidssaldo B-O is, waarom staat hier O-B aangegeven?
Dat ligt eraan welke het grootste is. Als de overheidsbestedingen groter zijn dan de belastingen, gebruik je B - O. Is het dan andersom, dan gebruik je O - B.
Bij het overheidssaldo op het 'nationale rekening' zet je namelijk nooit een minnetje, dus geen negatief getal.
hoi, ik ben voor mijn economie SE aan het leren en ik kwam in een examen uit 2009 deze vraag tegen: 3. Leg uit dat het nationaal inkomen gelijk is aan de som van de toegevoegde waarden. Ik snap hem alleen niet hele maal goed.. kunt u me helpen? (5 havo)
bedankt!
en begrepen?
horen de voorraadinvesteringen bij de bruto of netto investeringen?
+Linkin Park fan voorraadinvesteringen horen bij de netto investeringen.
Ordening van de filmpjes die in verband staat met de lesbrieven (conjunctuur, verdienen en uitgeven, Europa, enz.) zou fijn zijn.
Stijn, een groot gedeelte van de leerlingen gebruikt een andere methode dan de lesbrieven van LWEO. Daarom is het beter de onderwerpen in te delen per 'concept' (bijv. Welvaart & Groei, Goede tijden, Slechte tijden etc.). Zo is namelijk het examenprogramma ingedeeld. Per lesbrief die jij gebruikt worden ook 1 of meerdere van deze concepten gebruikt. Waarschijnlijk staat dit aangegeven bij het hoofdstuk of in de inhoudsopgave. Ook kun je het vragen aan je docent.
Voor een overzichtelijke ordening van de filmpjes per concept raad ik je aan op onze website te kijken (osacademie.nl). Daar staan alle filmpjes met onderwerpen die bij elkaar horen, zodat het makkelijker wordt om te begrijpen. Op TH-cam kun je uiteraard de afspeellijsten gebruiken.
Waar kan ik de overheidsbesparingen terug vinden in de economische kringloop?
In principe zitten overheidsbesparingen verwerkt in het overheidssaldo (O - B). Als de belastingen (inkomsten) groter zijn dan de overheidsbestedingen, houdt de overheid geld over. In theorie kunnen ze dan geld gaan sparen. In werkelijkheid zal een overschot echter vrijwel altijd gebruikt worden om af te lossen op de bestaande staatsschuld.
+OsAcademie Mag ik hier dan gebruiken voor de overheidsbesparingen: Y - B - S
Hele goede video! Alleen ik begrijp bij 6: 57 niet hoe I = 35. Weet iemand hoe je aan dat getal kan komen ?:)
Financiele instellingen krijgen S= 100
Hiervan doen ze O-B = 25 weg aan overheidsleningen, dan hebben ze nog S = 75
Hiervan doen ze E-M= 40 weg aan het buitenlandleningen, dan hebben ze nog S= 35
Het overige investeren zij dan in de bedrijven, vandaar I = 35
Bij de berekening van het BBP - (inkomensbenadering) = Lonen + winst, pacht, huur, rente plus de afschrijvingen.Ik begrijp niet goed waarom de afschrijvingen bij het BBP Inkomensbenadering moet.Een uitleg wordt uiteraard zeer gewaardeerd.Hans Verschoor
+Hans Verschoor het BBP bestaat uit de optelsom van alle toegevoegde waardes. De toegevoegde waarde van één bedrijf is een optelsom van alle gemaakte kosten + een stukje winst.Dat wat kosten zijn voor het bedrijf, fungeert natuurlijk als inkomen voor de verstrekkers van de productiefactoren (gezinnen). Vandaar dat we bij de BRUTO toegevoegde waarde de inkomens optellen (aangezien deze gelijk zijn aan de gemaakte kosten). In het bruto binnenlands product is echter één kostenpost
verwerkt die je eigenlijk als inkoop zou kunnen rekenen, en dus niet als de productie van een bedrijf zelf: De afschrijvingen op duurzame productiemiddelen. Een afschrijving is immers eigenlijk de inkoopprijs van een duurzaam productiemiddel die als kosten verdeeld worden over het aantal jaren dat je het productiemiddel gebruikt.Je hebt dus een punt als je het raar vindt dat afschrijvingen toch onderdeel zijn van BBP/BBI. Om dit te corrigeren is er het zogenaamde NBP/NBI. Bij de bepaling van het NETTO binnenlands product halen we de afschrijvingen van het BBP af. Op deze manier los je deze 'fout' op.Is dit een antwoord op je vraag?
+OsAcademie Het is kristal helder. Dank voor deze uitvoerige uitleg.
Kan iemand mij een andere manier vertellen hoe je het bbp kan uitrekenen als je nationale rekeningen tot je beschikking hebt ? ( consumptie + bruto investeringen en beloning productiefactoren + afschrijvingen ken ik al)
heb je het antwoord al?
@@Lonttano 5 jaar later vraag je t ff🤣
Er kan toch ook een pijl van overheid naar gezinnen (uitkeringen) en van buitenland naar gezinnen (geldzendingen familie) ❔
Late reactie :-). Ja dat kan inderdaad.
Goeie video :)
Thanks!
Dankjewel!!
Graag gedaan!
Hey, ik heb een vraagje ik ben van plan om examens af te leggen in brussel en ja vroeg me af is dat hetzelfde in belgië?
Ik denk niet dat het examenprogramma in België exact gelijk is aan dat in Nederland. Dat gezegd hebben zal er ongetwijfeld wel overlap zitten. Ik zou dus even goed kijken wat er in het Belgische examenprogramma zit en vervolgens naar de specifieke filmpjes op zoek.
like als je dit van je docent moet kijken😆😝😈💯
dus je luistert naar je docent?!
het gedeelte van het buitenland klopt niet volgens mij want als land doe je toch niet alleen handel met 1 land maar met meerdere. Je moet het vanaf je eigen land kijken of dat je meer exporteert of dat je meer importeert, aan de hand daarvan weet je of je een tekort hebt op de lopende rekening(E-M)
Kappa het buitenland in dit schema representeert ook niet 1 enkel land, maar alle landen waar bijvoorbeeld Nederland mee handelt; zo wordt het weer gegeven. En als je de export (E) en de import (M) met al die landen waar mee gehandeld wordt op een rijtje zet, dan kun je inderdaad kijken hoe het saldo van de lopende rekening eruit ziet.
Klopt verder allemaal hoor :-)