Waarom zoveel geweld onder Antilliaanse jongeren?

แชร์
ฝัง
  • เผยแพร่เมื่อ 6 ม.ค. 2025
  • Het is zaterdag 8 januari. Met verslaggever Robbert ter Weijden en cameraman Maurits Obbema vertrek ik voor 5 dagen naar Curaçao. We gaan op zoek naar de roots van Quincy, de jongen die na afloop van een Antilliaans feest in Zoetermeer door drie kogels aan zijn einde komt op 22-jarige leeftijd. Hij was pas 4 jaar in Nederland.
    Eenvoudig
    Quincy is een eenvoudige jongen afkomstig van het platteland op Curaçao. Zijn moeder overlijdt op jonge leeftijd. Hij is twaalf als vader Sherwin naar Nederland vertrekt om te werken in de Rotterdamse haven. Twee jaar later volgt zus Natasha. Quincy blijft achter op Curaçao en wordt opgevoed door opa, oma en een tante. Daar is hij als puber moeilijk hanteerbaar. Op z'n 18e vertrekt ook hij naar Nederland.
    Straatcultuur
    De vader en zus van Quincy ontmoette ik in oktober tijdens de demonstratie 'Stop the Violence' in de Millinxbuurt in Rotterdam-zuid, een wijk waar veel Antillianen wonen. 'Ta basta awó!' ('Het is genoeg!') werd er geroepen door de Antilliaanse gemeenschap tegen het wapengekletter onder hun jongeren. Ik was daar in verband met de voorbereidingen voor een live-uitzending van Rondom10 vanuit deze wijk over de geweldsspiraal en de straatcultuur die daarbij hoort.
    In de weken daarna leer ik vader en zus kennen. Ze zijn kapot van de gewelddadige dood van Quincy. Dit hadden ze niet zien aankomen. Natuurlijk, Quincy hing veel op straat nadat hij gestopt was met school. En om aan geld te komen stal hij dure spullen uit winkels om ze daarna door te verkopen. 'Hosselen' in straattaal. Maar volgens hen geen zware criminaliteit.
    Neergeschoten
    Hoe kon het dan toch zo ontzettend mis gaan, vraag ik mij af. Op de begraafplaats in Rotterdam bezoeken vader, zus en ik het nog kale graf van Quincy en praten over het geweld onder Antilliaanse jongeren. Ze vertellen me dat -- naast de invloed van gangsterrap en het imago op straat om niet over je heen te laten lopen -- het vooral angst is dat de drijfveer is om snel een wapen te trekken. Angst om zelf te worden neergeschoten. "Werd er vroeger nog wel eens gevochten, tegenwoordig is het gelijk 'bam bam'", zegt vader.
    Op Curaçao bezoeken we de familie van Quincy. Vader Sherwin en twee broers zijn daar bij hun ouders (de opa en oma van Quincy) om te rouwen en om geld te verzamelen voor een grafsteen. We zien het half afgebouwde huis iets verderop waar Quincy zou komen te wonen als hij zijn studie zou hebben afgerond in Nederland. Wat opvalt is het eenvoudige maar overzichtelijke leven van het platteland. De zelfredzaamheid door het houden van geiten en kippen en buren die elkaar helpen. Een schril contrast met het drukke, anonieme leven in de grote stad in Nederland.
    Ander leven
    In Willemstad spreken we Nataniël en Ronnie. Twee jongens die binnenkort weer teruggaan naar Nederland om een toekomst op te bouwen. Nataniël (23) heeft even geproefd van het straatleven en zit -- als wij hem spreken -- een taakstraf uit vanwege drugs dealen. Hij is opgelucht dat hij is gepakt door de politie. Een vriend van hem is namelijk kort daarvoor doodgeschoten en dat heeft zijn ogen geopend. Nataniël wil na zijn straf een ander leven in Nederland, bij de landmacht of in de IT lijkt hem wel wat.
    Saai Curaçao
    Ronnie (31), geboren en getogen in Seru Fortuna - de meest beruchte wijk van Willemstad -- kwam net als Quincy op z'n 18e naar Nederland. Na enkele baantjes koos hij voor een leven op en van de straat. Hij hosselde en was o.a. betrokken bij een schietpartij. Al met al zat hij negen jaar in de gevangenis. Nu is hij weer terug op Curaçao om zijn zieke moeder te verzorgen. Ook hij wil terug naar Nederland, maar dan met een plan, een doel: een huisje, een baan en een betere toekomst voor zijn kinderen. Met hem bezoeken we Seru Fortuna en komen in aanraking met jongens van Quincy's leeftijd. Velen zien Nederland als een paradijs waar, afgezien van het weer, alles beter is. Het rijke, moderne en drukke leven in de grote stad staat hen voor ogen. Weg van de uitzichtloosheid en armoede van het kleine en saaie Curaçao.
    Vijf dagen later vliegen we terug. Ik vraag me af hoe en of ik mijzelf zou kunnen redden in Nederland als ik in hun positie zou zitten. In ieder geval blijf ik contact houden met deze twee jongens en hoop voor ze dat hun plek straks kunnen vinden in Nederland.
    Op 22 augustus 2011 deed de rechtbank in Den Haag uitspraak. De dader kreeg 9 jaar gevangenisstraf.

ความคิดเห็น • 259