Vaak komt het inderdaad overeen met de negatieve lading dat een base heeft. Maar het best kun je het natuurlijk opzoeken in tabel 49. Door het maken van opgaven, zul je de meest belangrijke ook vanzelf tegenkomen.
HS- is ook een base en kan dus ook nog een H+ opnemen. Het hangt overigens wel van de sterkte van het zuur af, of er een aflopende reaktie of een evenwicht optreedt.
Bij vaste zouten zitten de ionen vast aan elkaar. Als een zout oplost in water, komen de ionen los van elkaar. Zuren zijn stoffen die uit moleculen bestaan. Het bijzondere van deze moleculen is, dat ze in water ook in losse ionen splitsen.
Je snapt het goed. In CuO is de ionbinding zo sterk, dat het zout niet kan oplossen in water. In een zure oplossing zijn de H+ ionen echter in staat om de O2- ionen los te trekken van de Cu2+ ionen. CuO "lost" dan wel op. Het is eigenlijk niet gewoon oplossen, maar het zout reageert met de H+ ionen, zodat het ionenrooster van CuO afgebroken wordt, zodat er uiteindelijk ook losse Cu2+ ionen in het water ontstaan.
Verdund salpeterzuur kun je schrijven als H+(aq) + NO3-(aq) of als H3O+(aq) + NO3-(aq). Beiden mag je gebruiken, maar op de HAVO gebruiken we eigenlijk altijd de eerste schrijfwijze.
Dat hoor je er inderdaad ook bij te schrijven. Goed gezien! Op het eindexamen hoef je de toestandsaanduidingen er overigens niet bij te schrijven. Je krijgt daar dus geen puntenaftrek voor.
Het is altijd de sterkste base dat met het sterkste zuur reageert. In zoutzuur is het H3O+ ion het sterkste zuur en in de ammoniakoplossing is NH3 de sterkste base. Water zelf is een heel zwakke base en is ook een heel zwak zuur.
Er wordt inderdaad een oplossing van calciumnitraat gevormd. Maar de NO3- ionen doen niet mee aan de reactie. Voor de reactie zitten ze los in de oplossing en na de reactie ook. Aangezien er bij de NO3- ionen geen verandering optreedt, mag je ze niet in de vergelijking opschrijven.
Als een sterk zuur oplost in water, splitst het zuur volledig in ionen. En HNO3 is een sterk zuur, dus dat schrijf je als H+ + NO3-. Als een zwak zuur opgelost wordt in water, splitst het maar een heel klein beetje in ionen. De meeste deeltjes van het zwakke zuur zijn dus ongesplitst in het water. Dat is dus ook het geval bij een oplossing van azijnzuur. Vandaar dat je dat ongesplitst opschrijft, als HAc dus.
Alleen bij zoutzuur, verdund salpeterzuur en verdund zwavelzuur, schrijf je de oplossingen gesplitst in ionen op. Bij ALLE andere oplossingen van zuren, schrijf je het ongesplitst op. Dat zijn namelijk allemaal zwakke zuren, die maar voor een heel klein gedeelte gesplitst zijn in ionen. Het overgrote deel komt dus ongesplitst voor in de oplossing. Het deeltje wat hier dus het meest voorkomt is het ongesplitste zuur en dat schrijf je op.
Super erg bedankt! Ik heb over een paar uur een proefwerk hierover... Snapte er niks van maar besloot nog als laatste hoop op TH-cam te kijken. Misschien dat het nu toch nog lukt!
Het carbonaat ion kan in principe 2 H+ ionen opnemen. In een zure omgeving zijn er veel losse H+ ionen aanwezig en dan kan je dat in 1 keer opschrijven. De oplossing wordt minder zuur. Breng je een carbonaat ion echter in een neutrale omgeving, dan zijn er vrijwel geen losse H+ ionen, dan zal het ion 1 H+ ion van een watermolecuul aftrekken in een evenwichtsreactie. De oplossing wordt dan basisch. Er wordt dan geen tweede H+ ion opgenomen.
H2O kan je zowel als zuur als base bekijken. Het hangt er vanaf wat het watermolecuul op dat moment doet. Neemt het een H+ op, dan is het een base. Staat het een H+ af, dan is het een zuur,
Je mag beiden gebruiken, ze betekenen allebei in principe hetzelfde. Alleen is het in sommige gevallen duidelijker om H3O+ te gebruiken. Het best kun je aan je docent vragen dat wat meer uit te leggen.
Als je losse ionen opschrijft, en die heb je als een zout is opgelost in water, dan schrijf je het losse ion op met de lading erbij. In dit geval heb je hier losse calcium ionen die elk omringd zijn met watermoleculen. Dus hier MOET je de lading er wel bij schrijven. Bij CaCO3 MAG je de ladingen erbij schrijven, maar dat hoeft niet en wordt meestal ook niet gedaan
Super handig al deze filmpjes! Ik zou graag deze docent willen, duidelijk en overzichtelijk en zoals ik hier boven zie worden ook vragen beantwoord. Kan mijn docent een voorbeeld aan nemen !
CaCO3 is een slecht oplosbaar zout, de Ca2+ ionen en de (CO3)2- ionen zitten dus aan elkaar vast. Vandaar dat je in dit geval niet losse (CO3)2- ionen kunt laten reageren.
Er komen in een oplossing van een zwak zuur maar heel weinig losse H+ ionen voor. Wel komen er heel veel ongesplitste zuur moleculen in voor. De base zal dan ook veel sneller kunnen reageren met het ongesplitste zuur molecuul. Vandaar.
Zeer te spreken over deze uitleg. Het lijkt voor je gevoel soms wat aan de slome en langdradige kant, maar als je daarna de vragen uit je boek probeert gaat het 10x beter. Ik heb het boek Curie en dat is één grote warrige bende vind ik.
Hmm, dank u wel. Een lijst heb ik niet gekregen, helaas, maar ik heb een goed stel hersenen, dus dat wordt ouderwets stampen... In ieder geval hebben de oefeningen en de uitleg wel geholpen, beter dan de lessen op school! Dank u!
ik heb de VWO-videos bekeken. Ik snap het nu veel beter, bedankt daarvoor. Als u over het onderwerp van volgende periode ook filmpjes heeft, zal ik die zeker bekijken.
Hoe vervelend het ook is, een aantal zuren, zure oplossingen en basen moet je echt gewoon uit je hoofd leren. Die kun je natuurlijk in je leerboek vinden, maar je leraar zal je ongetwijfeld wel een lijstje willen geven welke je uit je hoofd moet kennen. Misschien niet leuk, maar wel noodzakelijk.
Meneer, ik heb een vraagje. Ten eerste vind ik u echt geweldig. Dankzij u snap ik scheikunde weer. Mijn scheikundeleraar kan namelijk niet goed uitleggen. Dan de vraag, als je een stof oplost in water, moet je dan (aq) onder het zuur opschrijven? En als een stof reageert met water, dan + H2O? Alvast Bedankt
Voor het VWO heb ik aanvullingen gemaakt op de zuren en de basen. Kijk maar eens bij de afspeellijst: Zuren en basen-vwo theorie. In het filmpje 16vwo leg ik alles uit over datgene wat je vraagt. Kijk maar eens.
Op ongeveer 10:00 verteld u dat Co3 2 h+ kan opnemen maar u schrijft dit in een keer op, klopt het dat je dit soms in 2 stappen moet opschrijven? dus eerst nog HCO3- + H+ en dan pas H2CO3? Btw deze lessen zijn super!
Beste meneer Kooi, Op school heb ik een practicum over zuren en basen en ik heb het volgende bedacht: Een zoutzuur oplossing bevat losse H3O+ en Cl-, huishoudammonia is ammoniak in water. Ammoniak is NH3 in BiNaS tabel 49 staat dat dit een zwakke base is, in een oplossing betekent dat dus dat niet alle ammoniak moleculen zijn gesplitst in OH- en NH4+ in een zuur-base reactie schrijf je dan dus de ongesplitste base op? De reactievergelijking zou dan worden NH3 (aq) + H3O+ -> NH4+ (aq) + H2O (l) Mijn vraag is of de reactie die hierboven staat klopt of moet er evt. een dubbele pijl geplaatst worden? M.v.g. Marian
Je hebt alles prima opgeschreven. Omdat je een sterk zuur met een zwakke base laat reageren, is het GEEN evenwichtsreactie. Je hoeft hier dus maar 1 pijl op te schrijven
Als een oplossing van een sterk zuur met een zwakke base reageert zal er een aflopende reactie ontstaan. Binnenkort aanvullingen voor het VWO over dit onderwerp waar ik wat dieper op de stof in ga.
wanneer weet je of ionen vast zitten aan elkaar (zoals calciumcarbonaat) waardoor je ze dus niet los mag schrijven? en waarom mag dat wel bij zoutzuur?
Voor iedereen die net als ik geen zin heeft om al die formules uit je hoofd te leren. In tabel 66A en 66B staan de namen verbonden aan molecuulformules. Volgens mij allemaal, not sure.
Beste Sieger Kooi, Ik zit op dit moment in V6 en we hebben het weer over zuren en basen. Wij leren echter om voor de reacties tabel 49 te gebruiken en naar de geconjungeerde paren te kijken. Als ik hier naar kijk dan ga ik twijfelen. Als S (2-) aan een zuur-basereactie deelneemt, dan zou die (volgens uw uitleg, als ik me niet vergis) 2H+ opnemen vanwege zijn 2- lading. Hieruit zou dan H2S ontstaan. Als ik tabel 49 gebruik, dan kom ik eerst HS- tegen. Kunt u mij uitleggen hoe dot precies zit ?
bedankt voor de filmpjes maar de samengevat voor havo zegt (een voorbeeld ) CACO3 + 2H+ > CA2+ (aq) + CO2 (g) + H20 (L) hier staat CA2+ dus wel bij, dus samengevat zegt dat het zuurrest wel opgeschreven moet worden, maar u vermeldt van niet, wat is juist?
zou u mij kunnen vertellen wanneer je het zuur/ de base gesplitst opgeschrijft? want bij de laatste opgave uit uw video weet ik niet hoe of u het zuur nou gesplitst heeft opgeschreven of niet en hoe je dit weet hoe je het moet opschrijven. ik heb dinsdag een scheikunde proefwerk over zuren en basen en ben heel erg verward nu :(
o wacht . ik had de video nog niet helemaal afgekeken. zwakke zuren/zwakke basen schrijf je ongesplitst op dus? en sterke zuren/sterke basen gesplitst?
Kan je het aantal H+ ionen dat een base kan opnemen herkennen aan de lading van die base? want ik zie heir veel (behalve bij ammonia) das base zo veel H+ opnemen dat ze een neutrale lading krijgen, is dat toeval of kan e het daar aan herkennen?
Ik heb een vraagje moet er bij de laatste reactie geen dubble pijl omdat het een reactie is met een zwak zuur?? En stel dat er een zwakke baze zou reageren, zou je dan ook de hele molecuul formule moeten opschrijven?? en na de pijl dan het overgebleven ion?
Zou u mij misschien kunnen vertellen wat de makkelijkste manier is om een formule van een zuur of base af te leiden via de pagina triviale namen in binas? vergelijkingen maken gaat goed, alleen op de juist formule komen is een knooppunt, en voor een titratie, is dat wel zo handig...
Hallo meneer, Ik heb een vraagje. In de video zag ik dat u zoutzuur opschreef als: h+ en cl-. Maar zoutzuur is toch altijd de opgeloste vorm van HCl? Dan zou je toch ipv h+ en cl-, h3o+ en cl- moeten schrijven? Dan zou de zuur-base reactie er toch zo uit moeten zien: H3O+ NH3- =NH4 plus H2O?
Ten eerste wil ik zeggen dat dit erg leerzaam is en me goed kan helpen bij toetsen Nu heb ik een vraagje. Morgen heb ik een schoolexamen en in ons oefenproefwerk staat de volgende vraag met antwoord: Vraag: Geef de vergelijking van de reactie die optreedt als je een zwavelzuuroplossing toevoegt aan de vaste stof bariumoxide. Antwoord: BaO (s) + H3O+ (aq) + HSO4- (aq) ------> BaSO4 + 2 H2O Ik dacht dat H2SO4 opsplitst in H2+ + SO4 2- zoals u zei. Hoe moet ik tabel 49 bij deze vraag gebruiken
Over 2 uur is het feest al begonnen. Meneer Kooij, ik wil u hartelijk bedanken voor alle nuttige filmpjes. Ik hoop dat ik er straks wat aan heb.
moeps2 heb je het nog gehaald?
😂😂
Is het nog gelukt?
Gefixt
@@moeps2 wat was je cijfer?
8 jaar later en deze man redt nog steeds mijn scheikundetentamens...
Bedankt!
11 jaar later nogsteeds
hij is een echte base
PADUMTSS
Mooie 😂
@@whenyoudiporeosinmilktheyb8329 fax
Pispaal
gay
U bent echt een held meneer. U bent de master Oogway van scheikunde, dikke so naar u.
Hoe kan ik deze held ooit bedanken?!?!? Zonder hem geen leven.
Deze man is de reden dat ik in de 6e klas ben geslaagd 2 jaar geleden, wat een soldaat ouwe ❤️
Over 2 uur ben ik aan de beurt. Heel erg bedankt voor alle videos, ze hebben mij echt meer geholpen dat ik ooit had kunnen denken door de jaren heen.
Je mag zoutzuur op beide manieren opschrijven, dus H+(aq) + Cl-(aq), maar ook als H3O+(aq) + Cl-(aq).
De verlossing
Mag je het ook als HCL noteren
HCL is waterstofchloride en dat los je op en dan krijg je zoutzuur. Zoutzuur is dus H+(aq)+ Cl-(aq)
Havo mag bijde, vwo moet H3O+
Haha deze video legt beter uit dan al me scheikunde leraren in 4 jaar! Bedankt!
Geweldig om te zien hoeveel leerlingen deze meneer redt met zijn filmpjes😂
ja maar tering als je dit ziet, dan denk je dit is marsiaans ofzo
nu nog je Nederlands
Vaak komt het inderdaad overeen met de negatieve lading dat een base heeft. Maar het best kun je het natuurlijk opzoeken in tabel 49. Door het maken van opgaven, zul je de meest belangrijke ook vanzelf tegenkomen.
Deze meneer is echt een held. Ik zit op het Krimpenerwaard en heb zo´n nieuwe voor de klas. Die kan hier zeker wat van leren!
HS- is ook een base en kan dus ook nog een H+ opnemen. Het hangt overigens wel van de sterkte van het zuur af, of er een aflopende reaktie of een evenwicht optreedt.
Geen tijd om te leren voor me examen morgen, geen probleem hoor.. Gewoon een paar filmpjes gekeken en alles zit erin. Super bedankt!
Geen tijd om te leren, maar wel om filmpjes te kijken? Doe je goed!
Je kan toch die filmpjes ook op de fiets kijken etc.
Boudewijn B nog geslaagd
Voor veel basen en zuren kan je Binas Tabel 66B gebruiken! Super handig!
Ik vind juist deze uitleggen altijd erg handig!
Bij vaste zouten zitten de ionen vast aan elkaar. Als een zout oplost in water, komen de ionen los van elkaar. Zuren zijn stoffen die uit moleculen bestaan. Het bijzondere van deze moleculen is, dat ze in water ook in losse ionen splitsen.
Je snapt het goed. In CuO is de ionbinding zo sterk, dat het zout niet kan oplossen in water. In een zure oplossing zijn de H+ ionen echter in staat om de O2- ionen los te trekken van de Cu2+ ionen. CuO "lost" dan wel op. Het is eigenlijk niet gewoon oplossen, maar het zout reageert met de H+ ionen, zodat het ionenrooster van CuO afgebroken wordt, zodat er uiteindelijk ook losse Cu2+ ionen in het water ontstaan.
u bent echt een topper u legt het rustig en duidelijk uit met een paar voorbeelden!
Bij beide ionen ontstaat er CO2 gas als er H+ ionen bijkomen. Zowel bij CO3,2- ionen als HCO3,- ionen. Beide ionen kan je daar dus meen aantonen.
Verdund salpeterzuur kun je schrijven als H+(aq) + NO3-(aq) of als H3O+(aq) + NO3-(aq). Beiden mag je gebruiken, maar op de HAVO gebruiken we eigenlijk altijd de eerste schrijfwijze.
Dat hoor je er inderdaad ook bij te schrijven. Goed gezien! Op het eindexamen hoef je de toestandsaanduidingen er overigens niet bij te schrijven. Je krijgt daar dus geen puntenaftrek voor.
Het is altijd de sterkste base dat met het sterkste zuur reageert. In zoutzuur is het H3O+ ion het sterkste zuur en in de ammoniakoplossing is NH3 de sterkste base. Water zelf is een heel zwakke base en is ook een heel zwak zuur.
de nederlandse Walter White :p
Er wordt inderdaad een oplossing van calciumnitraat gevormd. Maar de NO3- ionen doen niet mee aan de reactie. Voor de reactie zitten ze los in de oplossing en na de reactie ook. Aangezien er bij de NO3- ionen geen verandering optreedt, mag je ze niet in de vergelijking opschrijven.
Als een sterk zuur oplost in water, splitst het zuur volledig in ionen. En HNO3 is een sterk zuur, dus dat schrijf je als H+ + NO3-. Als een zwak zuur opgelost wordt in water, splitst het maar een heel klein beetje in ionen. De meeste deeltjes van het zwakke zuur zijn dus ongesplitst in het water. Dat is dus ook het geval bij een oplossing van azijnzuur. Vandaar dat je dat ongesplitst opschrijft, als HAc dus.
Alleen bij zoutzuur, verdund salpeterzuur en verdund zwavelzuur, schrijf je de oplossingen gesplitst in ionen op. Bij ALLE andere oplossingen van zuren, schrijf je het ongesplitst op. Dat zijn namelijk allemaal zwakke zuren, die maar voor een heel klein gedeelte gesplitst zijn in ionen. Het overgrote deel komt dus ongesplitst voor in de oplossing. Het deeltje wat hier dus het meest voorkomt is het ongesplitste zuur en dat schrijf je op.
U heeft zojuist mijn examen van morgen gered. Dankuwel!
Haha ik hoop dat het het gaat helpen, pffff zie er morgen echt tegen op. Succes morgen :)
Super erg bedankt! Ik heb over een paar uur een proefwerk hierover... Snapte er niks van maar besloot nog als laatste hoop op TH-cam te kijken. Misschien dat het nu toch nog lukt!
en?
@@memerboyzz5330 Weet niet meer hoe het ging.. Maar zit nu in me tweede jaar Uni dus heb het wel gehaald haha
lekker bezig
ik ben niet gegaan
@@memerboyzz5330 Een man met verstand. Ik melde me ook altijd ziek als ik proefwerken had
Het carbonaat ion kan in principe 2 H+ ionen opnemen. In een zure omgeving zijn er veel losse H+ ionen aanwezig en dan kan je dat in 1 keer opschrijven. De oplossing wordt minder zuur. Breng je een carbonaat ion echter in een neutrale omgeving, dan zijn er vrijwel geen losse H+ ionen, dan zal het ion 1 H+ ion van een watermolecuul aftrekken in een evenwichtsreactie. De oplossing wordt dan basisch. Er wordt dan geen tweede H+ ion opgenomen.
Dit helpt zo enorm veel! Uw video's zijn top!
Voor de pijl staan 2 NH4+. Elk van hen staat een H+ af, dus er ontstaan ook 2 NH3
Ik denk dat ik een godsdienst ga oprichten met deze man als God
Zojuist een lachgas ballonetje gehad op dit filmpje, echt goud. Een aanrader
N2O ;)
Het oxide ion in CuO is een sterke base, vandaar dat het een aflopende reactie is, dus maar 1 pijl naar rechts.
U bent een held! Hierdoor begrijp ik deze stof.
H2O kan je zowel als zuur als base bekijken. Het hangt er vanaf wat het watermolecuul op dat moment doet. Neemt het een H+ op, dan is het een base. Staat het een H+ af, dan is het een zuur,
Je mag beiden gebruiken, ze betekenen allebei in principe hetzelfde. Alleen is het in sommige gevallen duidelijker om H3O+ te gebruiken. Het best kun je aan je docent vragen dat wat meer uit te leggen.
Ik denk dat ik na deze filmpjes nog kans heb bij mn examen🤧 so naar u en afwasmiddel
So naar abla hahahaha
welke examen?
Ik hoop zo dat er in het examen morgen geen zuur base komt hahaha
Sowieso wel. Net als redox enzo
Jeffzzzz dan ga ik deze nog een keer kijken
Jeffzzzz he Jeff jij ook hier 😂
Tompie Vermaas Hahahahaha heey Tom! Jij gebruikt deze held ook nog even
@@jeffzzzz1955 en zijn jullir geslaagd boys
Als je losse ionen opschrijft, en die heb je als een zout is opgelost in water, dan schrijf je het losse ion op met de lading erbij. In dit geval heb je hier losse calcium ionen die elk omringd zijn met watermoleculen. Dus hier MOET je de lading er wel bij schrijven. Bij CaCO3 MAG je de ladingen erbij schrijven, maar dat hoeft niet en wordt meestal ook niet gedaan
u bent echt mijn held. nu kan ik goed mijn toetsweek in
Super handig al deze filmpjes! Ik zou graag deze docent willen, duidelijk en overzichtelijk en zoals ik hier boven zie worden ook vragen beantwoord. Kan mijn docent een voorbeeld aan nemen !
CaCO3 is een slecht oplosbaar zout, de Ca2+ ionen en de (CO3)2- ionen zitten dus aan elkaar vast. Vandaar dat je in dit geval niet losse (CO3)2- ionen kunt laten reageren.
Er komen in een oplossing van een zwak zuur maar heel weinig losse H+ ionen voor. Wel komen er heel veel ongesplitste zuur moleculen in voor. De base zal dan ook veel sneller kunnen reageren met het ongesplitste zuur molecuul. Vandaar.
Dank u wel! Mijn S.E. gaat helemaal goed komen morgen!
Zeer te spreken over deze uitleg. Het lijkt voor je gevoel soms wat aan de slome en langdradige kant, maar als je daarna de vragen uit je boek probeert gaat het 10x beter. Ik heb het boek Curie en dat is één grote warrige bende vind ik.
HAc is een verkorte schrijfwijze van azijnzuur, die mag je ook gebruiken. Reactievergelijking wordt: CuO + 2 CH3C00H ----------) Cu2+ + 2 CH3C00-
Hmm, dank u wel. Een lijst heb ik niet gekregen, helaas, maar ik heb een goed stel hersenen, dus dat wordt ouderwets stampen... In ieder geval hebben de oefeningen en de uitleg wel geholpen, beter dan de lessen op school! Dank u!
Ik moet je helaas teleurstellen, want de veerconstante is een natuurkundig onderwerp. En zoals je ziet, behandel ik alleen scheikunde onderwerpen.
Dat heb je helemaal goed gedaan. Je snapt het!
Geweldige tips, ik ga een 10 halen! Dankuuuu
ik heb de VWO-videos bekeken. Ik snap het nu veel beter, bedankt daarvoor. Als u over het onderwerp van volgende periode ook filmpjes heeft, zal ik die zeker bekijken.
Bedankt Sieger! Ik ben geslaagd met een 6,8 en sta daarmee een 7. Hopelijk heb ik u niet meer nodig😬
Dankuwel, ik snap het ik kan nu morgen op het examen knallen!
Bedankt man morgen ff mijn herkansing vlammen en dan met 7 examen jaar in :)
Ac-(aq) natuurlijk, omdat alle losse ionen in water omringd worden door H2O moleculen. We kunnen ook zeggen: elk ion wordt gehydrateerd.
Beste meneer Kooi,
Over 4 dagen examen 😭, but we 🆙🔝🔥🔥🆙🔝
Goh, het is eigenlijk vrij makkelijk dit. Bedankt!
Hoe vervelend het ook is, een aantal zuren, zure oplossingen en basen moet je echt gewoon uit je hoofd leren. Die kun je natuurlijk in je leerboek vinden, maar je leraar zal je ongetwijfeld wel een lijstje willen geven welke je uit je hoofd moet kennen. Misschien niet leuk, maar wel noodzakelijk.
Meneer, ik heb een vraagje.
Ten eerste vind ik u echt geweldig. Dankzij u snap ik scheikunde weer. Mijn scheikundeleraar kan namelijk niet goed uitleggen.
Dan de vraag, als je een stof oplost in water, moet je dan (aq) onder het zuur opschrijven? En als een stof reageert met water, dan + H2O?
Alvast Bedankt
Dit gaat mij tijdens mijn practicum zeker helpen
Voor het VWO heb ik aanvullingen gemaakt op de zuren en de basen. Kijk maar eens bij de afspeellijst: Zuren en basen-vwo theorie. In het filmpje 16vwo leg ik alles uit over datgene wat je vraagt. Kijk maar eens.
Als azijnzuur in overmaat is, zal het CuO uiteindelijk geheel oplossen
nice hoe je exact t zelfde krijgt op m4 dus ik hiervan ook weer wat leet
Zowel H+ als H3O+ is goed. Het wordt vaak door elkaar heen gebruikt.
Op ongeveer 10:00 verteld u dat Co3 2 h+ kan opnemen maar u schrijft dit in een keer op, klopt het dat je dit soms in 2 stappen moet opschrijven? dus eerst nog HCO3- + H+ en dan pas H2CO3? Btw deze lessen zijn super!
Waarom schrijft u bij azijnzuur HAc en niet CH3COOH? En hoe zou die laatste reactie eruitzien als u wel CH3COOH gebruikt?
Top leraar, is het niet zo dat de CH3COO- door reageert met water in evenwichtsreactie?
Beste meneer Kooi,
Op school heb ik een practicum over zuren en basen en ik heb het volgende bedacht:
Een zoutzuur oplossing bevat losse H3O+ en Cl-, huishoudammonia is ammoniak in water. Ammoniak is NH3 in BiNaS tabel 49 staat dat dit een zwakke base is, in een oplossing betekent dat dus dat niet alle ammoniak moleculen zijn gesplitst in OH- en NH4+ in een zuur-base reactie schrijf je dan dus de ongesplitste base op?
De reactievergelijking zou dan worden NH3 (aq) + H3O+ -> NH4+ (aq) + H2O (l)
Mijn vraag is of de reactie die hierboven staat klopt of moet er evt. een dubbele pijl geplaatst worden?
M.v.g. Marian
Je hebt alles prima opgeschreven. Omdat je een sterk zuur met een zwakke base laat reageren, is het GEEN evenwichtsreactie. Je hoeft hier dus maar 1 pijl op te schrijven
dankjewel maneer
Als een oplossing van een sterk zuur met een zwakke base reageert zal er een aflopende reactie ontstaan. Binnenkort aanvullingen voor het VWO over dit onderwerp waar ik wat dieper op de stof in ga.
wanneer weet je of ionen vast zitten aan elkaar (zoals calciumcarbonaat) waardoor je ze dus niet los mag schrijven? en waarom mag dat wel bij zoutzuur?
U heeft nu toch alleen sterke basen gedaan? Hoe gaat het met de zwakke zuren? En zwak bij zwak en sterk bij zwak?
Voor iedereen die net als ik geen zin heeft om al die formules uit je hoofd te leren. In tabel 66A en 66B staan de namen verbonden aan molecuulformules. Volgens mij allemaal, not sure.
Beste Sieger Kooi,
Ik zit op dit moment in V6 en we hebben het weer over zuren en basen. Wij leren echter om voor de reacties tabel 49 te gebruiken en naar de geconjungeerde paren te kijken.
Als ik hier naar kijk dan ga ik twijfelen. Als S (2-) aan een zuur-basereactie deelneemt, dan zou die (volgens uw uitleg, als ik me niet vergis) 2H+ opnemen vanwege zijn 2- lading. Hieruit zou dan H2S ontstaan. Als ik tabel 49 gebruik, dan kom ik eerst HS- tegen. Kunt u mij uitleggen hoe dot precies zit ?
Waar kun je de molecuulformules van die zoutoplossingen zoals bijv salpeterzuur en calciumcarbonaat uit je hoofd leren?
O ik snap het al denk ik! Het heeft met zwakke en sterke basen te maken?
Dat is inderdaad helemaal goed.
Nee Alex, ammoniak oplossing is NH3(aq) en wanneer het een H+ naar zich toe trekt wordt NH4+ gevormd
geweldig dit! Heel leerzaam en duidelijk. Bedankt!
Deze man red zoveel mensen levens
Geweldig uitgelegd! Dankjewel
heel erg bedankt, nu begrijp ik het!
bedankt voor de filmpjes maar de samengevat voor havo zegt (een voorbeeld )
CACO3 + 2H+ > CA2+ (aq) + CO2 (g) + H20 (L)
hier staat CA2+ dus wel bij, dus samengevat zegt dat het zuurrest wel opgeschreven moet worden, maar u vermeldt van niet, wat is juist?
wanneer moet je bij de reactie de uitkomst splitsen, zoals bij het laatste voorbeeld H2CuO+ CH3COO -> H2O +Cu + CH3COO
serieus handig. bedankt!
zou u mij kunnen vertellen wanneer je het zuur/ de base gesplitst opgeschrijft? want bij de laatste opgave uit uw video weet ik niet hoe of u het zuur nou gesplitst heeft opgeschreven of niet en hoe je dit weet hoe je het moet opschrijven.
ik heb dinsdag een scheikunde proefwerk over zuren en basen en ben heel erg verward nu :(
o wacht . ik had de video nog niet helemaal afgekeken. zwakke zuren/zwakke basen schrijf je ongesplitst op dus? en sterke zuren/sterke basen gesplitst?
Moeten we voor ammoniak oplossing NH3 zetten of NH4+ + OH- ???
Omg dit red me echt vr men pta morgen, heb alle andere filmpjes gehad maar na deze snap ik het pas
Kan je het aantal H+ ionen dat een base kan opnemen herkennen aan de lading van die base? want ik zie heir veel (behalve bij ammonia) das base zo veel H+ opnemen dat ze een neutrale lading krijgen, is dat toeval of kan e het daar aan herkennen?
Ik heb een vraagje moet er bij de laatste reactie geen dubble pijl omdat het een reactie is met een zwak zuur?? En stel dat er een zwakke baze zou reageren, zou je dan ook de hele molecuul formule moeten opschrijven?? en na de pijl dan het overgebleven ion?
Zou u mij misschien kunnen vertellen wat de makkelijkste manier is om een formule van een zuur of base af te leiden via de pagina triviale namen in binas? vergelijkingen maken gaat goed, alleen op de juist formule komen is een knooppunt, en voor een titratie, is dat wel zo handig...
U legt geweldig uit!
Hallo meneer,
Ik heb een vraagje.
In de video zag ik dat u zoutzuur opschreef als: h+ en cl-.
Maar zoutzuur is toch altijd de opgeloste vorm van HCl?
Dan zou je toch ipv h+ en cl-, h3o+ en cl- moeten schrijven?
Dan zou de zuur-base reactie er toch zo uit moeten zien: H3O+ NH3- =NH4 plus H2O?
Kan het ook dat je OH- overhoudt als je een base met een sterk zuur samenvoegt?
U BENT ECHT EEN HELD. EEN BAAS, EN KONING! SE-WEEK GA IK KNALLEN!
Ten eerste wil ik zeggen dat dit erg leerzaam is en me goed kan helpen bij toetsen
Nu heb ik een vraagje. Morgen heb ik een schoolexamen en in ons oefenproefwerk staat de volgende vraag met antwoord:
Vraag: Geef de vergelijking van de reactie die optreedt als je een zwavelzuuroplossing toevoegt aan de vaste stof bariumoxide.
Antwoord: BaO (s) + H3O+ (aq) + HSO4- (aq) ------> BaSO4 + 2 H2O
Ik dacht dat H2SO4 opsplitst in H2+ + SO4 2- zoals u zei. Hoe moet ik tabel 49 bij deze vraag gebruiken