Dat komt omdat salpeterzuur een sterk zuur is (het staat in binas 49 boven H3O+). Dan wordt alle HNO3 opgesplitst in H+ en NO3-, dus uit 0,30 mol/L HNO3 ontstaat 0,30 mo/L H+ (H3O+) en 0,30 mol/L NO3-.
@@roosdorgelo Bij sterke zuren (die boven H3O+ staan in binas 49), mag je er vanuit gaan, dat de concentratie H3O+ gelijk is aan de concentratie van het zuur. Bij een zwak zuur moet je gaan rekenen aan evenwichten.
@@roosdorgelo Ik vermoed dat Wouter dingen door elkaar haalt. Het is namelijk een voorbeeld van methaanzuur (zwak zuur) en niet salpeterzuur (sterk zuur) Het is belangrijk te beseffen dat je er niet vanuit kunt gaan dat de concentratie van H+ ook 0,30 M is, zoals de beginconcentratie van methaanzuur, omdat methaanzuur slechts gedeeltelijk dissocieert in water. In tegenstelling tot een sterk zuur, dat volledig dissocieert, lost een zwak zuur slechts gedeeltelijk op, waardoor de concentratie van de waterstofionen aanzienlijk lager zal zijn dan de oorspronkelijke concentratie van het zuur.
Bij 7 minuten noem ik twee keer een tweede graads vergelijking ten onrechte een tweede graads functie. Hopelijk levert dit foutje geen verwarring op.
heeft enorm geholpen, bedankt!!
waarom mag je hier er niet van uitgaan dat er ook 0,30 M H+ is?
Dat komt omdat salpeterzuur een sterk zuur is (het staat in binas 49 boven H3O+). Dan wordt alle HNO3 opgesplitst in H+ en NO3-, dus uit 0,30 mol/L HNO3 ontstaat 0,30 mo/L H+ (H3O+) en 0,30 mol/L NO3-.
@@scheikundechallenge7762 dus dan mag je er toch wel van uitgaan?
@@roosdorgelo Bij sterke zuren (die boven H3O+ staan in binas 49), mag je er vanuit gaan, dat de concentratie H3O+ gelijk is aan de concentratie van het zuur. Bij een zwak zuur moet je gaan rekenen aan evenwichten.
Hier een voorbeeld van een examenvraag waarbij je aan een evenwicht moet rekenen: th-cam.com/video/ccDN6IQx4u4/w-d-xo.htmlsi=z1U16zgUzAOLDkzq&t=558
@@roosdorgelo Ik vermoed dat Wouter dingen door elkaar haalt. Het is namelijk een voorbeeld van methaanzuur (zwak zuur) en niet salpeterzuur (sterk zuur)
Het is belangrijk te beseffen dat je er niet vanuit kunt gaan dat de concentratie van
H+ ook 0,30 M is, zoals de beginconcentratie van methaanzuur, omdat methaanzuur slechts gedeeltelijk dissocieert in water. In tegenstelling tot een sterk zuur, dat volledig dissocieert, lost een zwak zuur slechts gedeeltelijk op, waardoor de concentratie van de waterstofionen aanzienlijk lager zal zijn dan de oorspronkelijke concentratie van het zuur.